Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zo ik den armen [hun] begeerte [24]onthouden heb, of [25]de ogen der weduwe laten versmachten; 24. Te weten, dat ik die naar mijn vermogen niet zou voldaan hebben. Hebreeuws, zo ik de armen van de begeerte geweerd heb. 25. Men laat iemands ogen versmachten als men hem lang tevergeefs laat wachten naar iets goeds dat hij begeert; hetwelk gezegd wordt bij gelijkenis, genomen van de ogen, welker krachten als zij sterkelijk en zonder ophouden, doch tevergeefs, naar iets uitzien, vergaan en versmelten. Alzo Ps.69:4, en Ps.119:82,123; Klaagl.4:17.